Immigranten als oplossing voor de economie

U leest het goed. Immigranten als oplossing voor de economie. Dat heb ik niet zelf bedacht, maar komt voort uit een bijzonder interessante documentaire die ik gisteravond op de Belgische zender Canvas heb gezien: 'The Day The Immigrants Left'. In deze docu krijgen zo'n twaalf werkloze Engelsen de kans een baantje in hun eigen regio te vinden in beroepen die bijna geheel worden gedomineerd door Poolse of andere Oost-Europese werknemers. Werk in de aspergeteelt, een aardappelfabriek, restaurant of de bouw. En pats. Weer een mythe weg. Zonder de immigranten bestonden veel van deze activiteiten niet eens meer in Engeland...en in Nederland zal het niet anders zijn.
Wat blijkt namelijk? De Engelsen, die deels dolblij zijn dat ze eindelijk weer een kans krijgen, kunnen het hoge tempo niet aan, blijven ziek weg of kunnen niet voldoen aan de kwaliteitsstandaarden van de bedrijven, overigens vaak onder Engels management. Het programma schildert een ontluisterend beeld van laaggeschoolde Engelse werklozen, die hun situatie uitzichtloos vinden en de schuld daarvan geven aan de buitenlandse import uit Litouwen, Polen of waar dan ook. Illustratief is bijvoorbeeld het aspergesteken. De drie Engelse werklozen trekken het tempo van de Polen totaal niet, zoeken ruzie en leggen de schuld vooral buiten zichzelf. De Engelse eigenaar stelt vast dat de productiviteit nog niet op de helft ligt van de Polen. Het is werk dat je in een uur kunt leren en binnen een dag moet je op niveau zijn, anders ga ik failliet, aldus de eigenaar, ik heb maar 6 weken waarin ik het geld moet verdienen en nu leg ik op elke Engelse medewerker geld toe in verband met het wettelijke minimumloon. Ze verdienen zichzelf niet terug. Hij had er vooraf al geen vertrouwen in en krijgt gelijk. De uiterst gemotiveerde Polen kijken tegelijkertijd verbijsterd naar de zwakke prestaties van de Engelsen en zijn ook nog eens gedwongen het werk over te doen omdat die hun werk niet goed hebben uitgevoerd.

Hetzelfde laken een pak in de aardappelfabriek, waar drie mannen zijn gevraagd een paar dagen mee te werken om te kijken of het bevalt. Gaat het goed, dan krijgen ze een baan. Het is eenvoudig werk, maar de mannen kunnen de druk niet aan. Een van de drie komt op de eerste dag niet eens opdagen. Ziek van een avondje stappen. Als ze worden voorgesteld aan een zekere Yuri (geen familie) willen ze hem niet bij die naam noemen en zeggen 'Bill' tegen hem. Hetgeen niet op prijs wordt gesteld door de Engelse manager. De twee mannen doen hun uiterste best, maar geloven gewoonweg niet dat het tempo zo hoog ligt. 'Ik heb in de bouw gewerkt voor 900 Pond per dag en daar lag het tempo echt nooit zo hoog', aldus het fors uitgevallen proefkonijn. De beide mannen hebben het idee dat de band expres sneller staat afgesteld. Het tegendeel is het geval. De band staat langzamer afgesteld omdat ze zo matig presteren en om ze een kans te geven. En de eerste 100 dozen moeten alweer over, want de heren hebben zich bij het tellen vergist; 10 in plaats van 12 pakjes per doos, het blijft lastig en de Engelsen geven hun team-collega uit Portugal, die er al jaren werkt en nooit een fout heeft gemaakt, al snel de schuld. Het beeld is in het restaurant niet anders. Van de vier werklozen komt op de eerste dag slechts een kandidaat opdagen. Die redt het niet, maar krijgt na een halve dag werken wel een heerlijke maaltijd van de Indische eigenaar voorgeschoteld. Als het niet zo serieus was, zou je denken in een verdwaalde aflevering van ' The Office' terecht te zijn gekomen.

Is het beeld van de documentaire helemaal fair? Nee, dat zeker niet. Wie al vijf jaar thuiszit zal niet snel het tempo aankunnen van harde, en vaak uitstekend opgeleide, werkers uit Polen of elders uit Europa. Ik zou, zelfs met mijn 50% Oost-Blok roots, ook opzichtig falen in de aspergeteelt, aardappelfabriek of in de bouw. Maar in de docu is sprake van mannen en vrouwen die vergelijkbaar werk gewend zijn. Feit is dat de Engelse werkgevers en ondernemers zonder uitzondering uiterst tevreden zijn over de import en uiterst sceptisch over de eigen werklozen. De veel beter opgeleide werknemers uit het Oost-blok laten zien hoe het moet. Dat is niet verzonnen, dat is realiteit. Snel mijn Hongaarse paspoort aanvragen!

Wie de beelden wil zien, onderstaand de links op Youtube:

http://www.youtube.com/watch?v=rOY9SNExKrQ

http://www.youtube.com/watch?v=_TJYkElI-Ak

http://www.youtube.com/watch?v=bbq_2dai4Hk

http://www.youtube.com/watch?v=_aNGvkiRtSA

http://www.youtube.com/watch?v=-OC_r9gv2No

http://www.youtube.com/watch?v=EeRk9lB_pFA&p=BE6409A8A7B62A7F

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Albert Willem Knop
Lid sinds 2019
Het is net als bij ontwikkelingshulp. Alleen geld geven helpt niet om deze mensen te ontwikkelen Als het geld op is willen ze nieuw geld. Je moet die mensen helpen om zich zelf te helpen. Als een Pool het kan, zie ik niet in waarom een Engelsman of een Nederlander het niet zou kunnen leren. Ze willen het echter niet leren, want ze krijgen toch wel geld. De hoeveelheid geld die ze krijgen moet dus omlaag en afhankelijk zijn van de medewerking die ze verlenen aan hun (her)-integratie in het arbeidsproces.
Gyuri Vergouw
Auteur
Ha Albert Willem,
 
is jouw reactie niet vergelijkbaar met de metafoor van de vis en de visser? Als je iemand hulp wil geven, moet je hem/haar geen vis geven, maar middelen om te leren vissen? Het doet mij er aan denken en ik denk dat het een goed punt is. Geld op een rekening kan incidenteel wel eens helpen, maar structureel is het geen oplossing,
 
hgr.,
Gyuri
Albert Willem Knop
Lid sinds 2019
@ Gyuri,

Ja klopt. Je kunt dat verhaal nog wat verder trekken. Alleen hengels uitdelen werkt ook niet op de langere duur. Denk aan alle waterpompen die stuk gaan en niet gerepareerd kunnen worden. Als we het over ontwikkelingshulp hebben, gaat het vooral over kennisoverdracht en het opzettenv van systemen om die kennisoverdracht te laten voortbestaan onder de lokale bevolking. Leer mensen om hengels te maken uit lokaal beschikbare grondstoffen, leer ze vissen, leer ze vis klaarmaken etc. Zie ook <a href="http://www.rockwoolfonden.dk/" rel="nofollow">http://www.rockwoolfonden.dk/</a> en dan verder via food security.
Marina
Ja, Yuri, ook ik heb die documentaire gezien en ik trok min of meer de zelfde conclusie toen ik zat te kijken. Alleen later ben ik me gaan realiseren dat het misschien iets gekleurd was.
Wanneer iemand 5 jaar lang thuis zit en niets hoeft te doen, wordt diens tempo steeds trager. Om te verwachten dat die persoon dan in 3 dagen net zo hard (kan)werken als de andere mensen die met een héél andere motivatie in het buitenland aan de slag zijn, is niet realistisch.
De bouwvakker uit de aflevering leverde goed werk en mocht het project wel mee afbouwen, maar daarna was er toch geen baan voor hem. En de twee mannen die wél in de aardappelfabriek op kwamen dagen en na de eerste dag hun mouwen opstroopten, kregen níet de in het vooruitzicht gesteld baan (want die waren er gewoon niet)

Wat uit dit programma vooral bleek, was, dat mensen niet te lang werkloos mogen blijven omdat het dan snel bergafwaarts gaat met hun motivatie, werklust en werktempo!. Hoe langer je op je gat zit, hoe moeilijker je er van af komt.
Gyuri Vergouw
Auteur
@Albert Willem @ Marina,
Ja, programma was een beetje gekleurd, als je zo lang niet hebt gewerkt ligt het tempo lager. Maar de boodschap was toch wel sterk, ondanks de mitsen en maren die te maken zijn.
Het overdragen van kennis e.d is voor ontwikkeling natuurlijk pure noodzaak, maar daarvoor is erg lange adem nodig denk ik en je ziet dat die er zelden is. Ik denk dat het generaties duurt voordat bijv. in ontwikkelingslanden de mensen zelfstandig het hele traject kunnen uitvoeren, van financiering tot plaatsing tot onderhoud tot verbetering. Wat dat betreft ben ik wat sceptisch, maar stel wel dat dit de noodzaak van hulp alleen maar duidelijker maakt. maar wellicht wel andersoortige hulp.
Gyuri